Hoe schoon vonden Neossers de Kalmthoutse Hei

“Dat is hier op ààààrde de hèèmel voor mij”

In de zomer mag het al eens een XXL-wandeling zijn, t is te zeggen een beetje verder van huis, maar daarom nog niet langer in afstand, want toevallig was de wandeling in de Kalmthoutse Heide gepland op de heetste dag van het jaar. Terwijl het journaal bleef herhalen dat vooral oudere mensen bij 35 graden best niet te veel inspanningen leveren, trokken een dertigtal Neossers onverstoord  achter onze gids Marc Ceulemans de natuur in, sommigen vanuit station Heide, anderen vanop de parkeerplaats aan het reservaat. Hier herinnert een gedenkteken nog aan de rol die Heide in de oorlog speelde, met afweergeschut tegen de V1-bommen.

Verloren lopen zat er niet in, we volgden gewoon de ‘Libellewandeling’ van een 5-tal kilometer, die gelukkig voor een groot deel onder bomen liep en tussendoor de prachtige purperen tapijten in deze tijd van het jaar ontvouwde. De fitsten onder ons beklommen zelfs de nieuwe, veertig meter hoge brand- en uitkijktoren, een gestileerd kunstwerk met tientallen driehoekige staalconstructies die asymmetrisch aan elkaar zijn verbonden. Bovenin geniet je van het weidse uitzicht, tot de haven van Antwerpen en de koeltorens van Doel. De natte zomer had tenminste het voordeel dat we vandaag geen smeulend brandgevaar op de heide moesten verwachten. 

Onze gids Marc had niet alleen een gezellige schaduwrijke picknickplek gekozen, hij zorgde zelf voor enig entertainment. Eerst demonstreerde hij hoe je uit een kleine rugzak toch een volledige  gedekte tafel tevoorschijn tovert, vervolgens ontpopte hij zich tot een verdienstelijk blokfluitspeler en liet hij ons samen een gedurfde versie van “Hoe schoon op de wereld, de zomerse hei…” vertolken. Neos got talent, maar de meeste dieren op de zomerse hei waren toen al lang weggevlucht. De rest van de wandeling hadden we toch een beetje het gevoel dat we achter de Rattenvanger van Hamelen aanliepen. Die bracht ons wel veilig weer naar het beginpunt en voor de dorstigen naar bistro-crèmerie Monida in de stationsbuurt, al sinds 1936 een vaste waarde in de heidehoreca. Sommigen onder ons gingen hier al op schoolreis een crèmeke eten, vandaag zijn dat eerder de zwaardere biersoorten. De Kalmthoutse Heide, een prachtig stuk natuur waar je telkens weer terug naartoe wil, ook volgend jaar met Neos?

Herman Van Waes