Lentewandeling
Neos gooit spieren los in Zoerselbos
Lentewandeling opnieuw groot succes
Voor een doordeweekse woensdag in april werd het opeens heel druk op de P+R aan de Zoerselse Rodendijk naast de afrit van de E34. Want alweer een vijftigtal Neossers (en enkele bijhorende viervoeters) meldden zich aan voor een fikse lentewandeling in het vlakbij gelegen Zoerselbos, onder de zoals steeds deskundige leiding van onze akela Marc Ceulemans. Dit Kempense natuurgebied van 400 hectare is één van de oudste en rijkste boscomplexen in de provincie Antwerpen en één van de belangrijkste vindplaatsen van autochtone en inheemse bomen en struiken, zoals de fladderiep, wegedoorn, wilde kardinaalsmuts, rode kornoelje enz. Eeuwenoude eikenbossen en volwassen naaldhout wisselen af met graslanden en stukken heide. In de beemden, beken en grachten huizen salamanders, levendbarende hagedissen, kikkers en padden, maar die hadden zich zoals gewoonlijk al lang uit de voeten gemaakt toen ze de vrolijk kwetterende bende zagen aankomen. Geen betere gelegenheid om wat bij te praten onder vrienden dan onder een stralende lentezon tussen het ontluikende groen en het vogelgezang.
Het bezoekerscentrum met zijn traditionele boerenbloementuin was in de week weliswaar gesloten, maar het bekende Boshuisje ernaast bood alvast de gelegenheid tot een voor sommigen dringende plaspauze. En omdat we beleefde mensen zijn besloten we meteen iets te consumeren op het terras. We leerden dat het Zoerselbos ook een beetje een literair bos is, want Hendrik Conscience kwam hier regelmatig inspiratie halen voor zijn boeken, zoals De Loteling (1849), dat zich hier in de buurt afspeelt.
In de laatste etappe van de luswandeling kwamen ook de liefhebbers van de betere villawijken aan hun trekken en naarmate de kilometers zich lieten voelen begon het wandelgezelschap stilaan even uitgerekt te worden als het peloton in de Ronde van Vlaanderen. Maar in gespreide slagorde bereikte iedereen opnieuw de parking en vervolgens het terras van baanrestaurant Den Boer van Zoersel. Tussen tripels en pannenkoeken kon er verder gediscussieerd worden: hebben we nu 9, 10 of 11 kilometer gestapt?